22 apr 2017 – Gunterstein

Walnotenkraakdag

Vandaag is het een heel bijzondere werkdag. We gaan walnoten kraken en daar olie van persen. De regie is dit keer in handen van Bernadet en Arnold is nu een van de medewerkers. We zijn niet alleen met vrijwilligers van Werk aan de Vecht, maar uiteraard ook met vrijwilligers van de woensdag-groep van Gunterstein en vrienden en bekenden van o.a. Bernadet. Bij elkaar zijn we met ongeveer 25 personen.

We zitten buiten bij de Tabaksschuur aan een lange tafel op schragen. Het doet Frans aan, ware het niet dat het tamelijk fris is en we onder Hollandse luchten zitten. Er staan grote bakken op tafel met walnoten die gekraakt moeten worden. De walnoten komen van de rij bomen langs het pad van de ingang bij het Zandpad tot de Tabaksschuur. Het zijn er heeeel veel. We zitten allemaal klaar met ons hamertje en plankje en het hamertje-tik kan beginnen. Bernadet loopt met kannen koffie rond en koekjes staan op tafel. De inwendige mens wordt goed verzorgd. Al gauw beginnen de manden met gekraakte walnoten zich te vullen. Het is wat je noemt echt “serie-werk”. Het is een leuke groep en het werk wordt opgefleurd door een gezellige babbel. Menige kwinkslag passeert de revue.

Zodra de manden met walnoten voldoende zijn gevuld, worden ze ingeruild voor een lege mand. De volle mand met walnoten wordt naar de Tabaksschuur gebracht. Hier staan 2 walnotenpersmolens die elk door 2 personen worden bediend. Een draait aan het rad en de ander vult de molen met stukjes walnoot. Die stukjes worden fijngemalen en door de verkregen pulp komt er voldoende druk om de olie er uit te persen. De olie druipt via een trechtertje door een plastic slangetje de fles in die op de grond staat. Om de pulp die nog in het molentje zit vloeibaar te  houden, staat er een kaarsje onder te branden. Warmte voorkomt te snelle verharding van de pulp. Het is een langzaam proces, maar dan heb je ook ambachtelijk geproduceerde walnotenolie. Het eenzijdige werkje leidt ook hier tot een aangenaam gekeuvel.

                   

Na de uitstekend verzorgde lunch die we vanwege een flinke regenbui binnen hebben genuttigd, worden we uitgenodigd voor een rondleiding door het park. Er is daar veel werk verricht en de paden zijn aangelegd. Zowel Bertien als Arnold verzorgen met veel trots de rondleiding. Het park is al een heel eind op weg naar z’n oorspronkelijke opzet. De paden geven weer structuur, waardoor de Engelse landschapsstijl in z’n oude luister is hersteld. Er zijn veel bomen en opschot weggehaald, zodat er een prachtig doorzicht ontstaan is. Het is heel leuk om hier een kleine bijdrage aan te hebben geleverd.

Na de rondleiding wordt het kraken voortgezet. Een deel van de groep werkt nog binnen, een ander deel heeft de buitenlucht weer opgezocht. De regen is gestopt. De mensen van het persen zijn continu doorgegaan om verharding van de walnotenpulp in de molentjes te voorkomen. Voor hen dus geen rondleiding door het park.

Rond 4 uur beginnen we op ons horloge te kijken. De helft van de walnoten is gekraakt met als resultaat 16 flessen met walnotenolie. Na zo’n arbeidsintensieve klus worden de flessen gekoesterd. Daar smaakt een wijntje en een biertje prima op. Na een dagje gekraak en gepers vieren we dat met een drankje en een hapje. Het hoogtepunt van de hapjes was een grote zak met pelpinda’s. Het was een bijzondere, aangename en gezellige dag. Toch gingen er ook stemmen op om een volgende keer maar weer het park in te gaan. Met dank voor de voorbereiding aan Bernadet en aan Ab voor o.a. de creatieve aanpassing van de persmolentjes om ze werkbaar te maken.