Concept-tekst VPC-Jaarverslag-2022-in-wording – in beslotenheid – dd 8-3-2023
Ordening volgt later, nu chronologisch (de eerste verslagen onder) – zie ook https://vechtplassencommissie.nl/vpc-poortwachters/ voor de poortwachters/onderhandenwerk
Op ’t Slijk (Stichtse Vecht)
De nieuwe eigenaar van de boerderij Op ’t Slijk in Maarssen heeft contact gezocht met de VPC om zijn plannen voor de hoognodige restauratie van de bestaande gebouwen, nieuwbouw en de inrichting van het terrein te bespreken. De VPC heeft aan enkele overleggen deelgenomen, soms samen met de gemeente. Dit past goed bij het streven van de VPC om in een vroeg stadium bij dergelijke plannen te worden betrokken. (JWG)
Scheendijk (Stichtse Vecht)
De VPC neemt deel aan een gemeentelijke klankbordgroep die plannen bespreekt voor de bereikbaarheid van de Scheendijk, de mogelijkheden voor permanente bewoning en de economische activiteiten in het gebied. De VPC zet zich daarbij in voor bescherming van de natuur- en cultuurwaarden in dit kwetsbare gebied. (JWG)
Buitenplaats Ouderhoek (Stichtse Vecht)
Waar nu langs de Straatweg 68, Nieuwersluis de boomgaard van Van Droogenbroek ligt, heeft tot midden 19e eeuw de buitenplaats Ouderhoek gelegen. Op uitnodiging van de familie heeft de VPC in de ontwerpfase meegedacht over hun plan voor het oprichten van een nieuwe buitenplaats. In het ontwerp komt de oorspronkelijke lengteas, parallel aan de Vecht, goed tot zijn recht. Het hoofdhuis verwijst naar de buitenplaats Nieuwerhoek. Door de bestaande woning en schuur te integreren in de moestuin ontstaat een organisch complex en wordt de kans op splitsing beperkt. (SdC)
Bestemmingsplan De Vecht (Stichtse Vecht)
De VPC was intensief betrokken bij de totstandkoming van het bestemmingsplan De Vecht, al was het maar door het schrijven van de cultuurhistorische paragraaf. De rivier de Vecht valt in dit plan geheel onder het Natuur Netwerk Nederland (NNN) en kreeg de enkelbestemming ‘Water’; door de rivier ook de dubbelbestemmingen ‘Cultuurhistorie’ en ‘Ecologie’ te geven, is beoogd landschappelijke, cultuurhistorische en natuurlijke waarden van de Vecht een volwaardige bescherming te geven.
De plangrens is gelegd op de grens land/water. Dat is juist waar de meeste activiteiten plaatsvinden, zoals het onderhoud aan de oevers en de aanleg van steigers. Voor de vraag onder welke bescherming de natuurvriendelijke oevers of de dakpanbeschoeiingen dan vallen, is een oplossing gevonden door de verwijzing naar de cultuurhistorische waardenkaart op te nemen. (SdC)
Ligplaatsenbeleid (Stichtse Vecht)
Het Vecht-lang harmoniseren van het ligplaatsenbeleid vormde de aanleiding om dit plan te maken. Op aandringen van de VPC zijn nu, net als boatsavers en bootliften, ook drijvende steigers en vlotten verboden. In strijd met de provinciale Omgevingsverordening, die in het buitengebied een lengtemaat van max. 7 m toestaat, is in dit plan toch de mogelijkheid opgenomen om in het buitengebied recreatievaartuigen tot een lengte van 12 m met een opbouw tot 1,70 m toe te staan. Net als de provincie heeft de VPC hiertegen beroep aangetekend bij de Raad van State: recreatievaartuigen van die grootte – de maximale lengte van een vrachtauto – passen niet in het cultuurlandschap van de Vecht. (SdC)
Het bestemmingsplan Rondom de Vecht (Stichtse Vecht)
Het bestemmingsplan Rondom de Vecht (2018) legaliseerde de productie van Schulp en maakte verdere uitbreiding mogelijk. Het bood ook nieuwe ruimte voor ligplaatsen langs de Weersloot. Daarom ging de VPC in beroep bij de Raad van State. Deze gaf, in haar uitspraak van december 2020, de VPC grotendeels gelijk. Bij de reparatie van het plan (2022) heeft de raad de instructies die zij van de Raad van State kreeg genegeerd: Schulp kreeg toch de ruimte om uit te breiden en in het oostelijke deel van de Weersloot werd het uitsterfbeleid niet gekoppeld aan eigenaren van de recreatievaartuigen, maar aan de huurovereenkomst van de exploitant met het Plassenschap. Bovendien werd ook in dit plan de lengtemaat van 12 m geïntroduceerd, wederom in strijd met de provinciale Omgevingsverordening, met gevolg dat de VPC wederom beroep heeft aangetekend. (SdC)
Zogwetering (Stichtse Vecht)
Gelegen aan de rand van het dorp, op de overgang van de buitenplaatszone naar het veenweidegebied en als onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie biedt het vrijkomen van gronden van de gemeentewerf en de waterzuivering een uitgelezen kans om daar, tegen de Zogwetering, een eigentijdse, kwalitatief hoogstaande woonwijk met Vechts karakter te realiseren. De VPC had hieraan graag bijgedragen, maar dat bleek zinloos vanwege het ontbreken van een stedenbouwkundige visie die voortbouwt op het cultuurlandschap, gebrek aan ambitie en het stellen van kwantiteit boven kwaliteit. Bovendien maakte de gekozen procedure serieuze participatie onmogelijk. (SdC)
Oeverlandjes (Stichtse Vecht)
Met het oog op het vinden van een nieuwe eigenaar voor de oeverlandjes (die in het kader van het Restauratieplan Vecht vrijkwamen door het verwijderen van woonschepen op kwetsbare plekken) sloten de provincie Utrecht en de VPC in 2015 een overeenkomst. Die terreinen zijn sindsdien in het NNN (Natuur Netwerk Nederland) gekomen, maar de verkoop van die gronden blijft steken op het formuleren van beheers-voorwaarden.
In verband met het vernieuwen van de bruggen van Maarssen en Breukelen heeft de aannemer, zonder toestemming van de eigenaar, langs het oeverlandje van ’t Slijk (Maarssen) een loswal gemaakt. Ondanks heldere afspraken is de schade (nog) niet hersteld. (SdC)
Werk aan de Vecht
Het vrijwilligerswerk van Werk aan de Vecht werd door corona ernstig beperkt, maar kon in de loop van het jaar weer worden opgestart, met o.a. werkzaamheden op de buitenplaatsen Vreedenhorst, Gunterstein, op Slot Zuylen en bij Wittensteijn. (SdC)
Hoogbouw aan de Vecht (Stichtse Vecht)
Samen met inwoners van Nigtevecht heeft de VPC zich – zonder succes – verzet tegen de mogelijkheid in het bestemmingsplan Garsten-Noord om direct langs de Vecht een appartementencomplex met een hoogte van 12, 6 m te realiseren. Als ‘olifant in de porseleinkast’ misstaat deze massale bebouwing aan de Vecht, zeker gegeven het kleinschalige karakter van Nigtevecht. (SdC)
Grondgebonden veeteelt?
De vergunning voor de uitbreiding van een ligboxenstal aan de Vreelandseweg 44, Nigtevecht kon door een procedurefout niet worden tegengehouden. Het aantal melkkoeien zal toenemen van 130 tot 160 (23%) en het jongvee van 15 tot 55 (265%), een toename van 50 GVE (grootvee-eenheden). LTO hanteert voor grondgebonden melkveehouderij de norm van 2,5 GVE per ha. Het bedrijf heeft dus 20 ha extra nodig om te voldoen aan de eisen van het bestemmingsplan – maar extra grond komt er niet. (SdC)
Cronenburgh IV (Stichtse Vecht)
In 2022 is de VPC uitgenodigd om mee te denken over de vormgeving van Cronenburgh IV in Loenen aan de Vecht. Deze mogelijkheid is dankbaar aanvaard.
Er hebben drie sessies plaatsgevonden waarvan een op verschillende min of meer soortgelijke en recent opgeleverde locaties. Het lijkt erop dat de ontwikkelaar veel van de aangedragen suggesties, zoals een duidelijk wens het Vechtse bouwen te blijven omarmen, gaat opnemen in het uiteindelijke plan.
Door een groot personeelstekort bij Stichtse Vecht ziet het er naar uit dat de start van de bouw nog even op zich zal laten wachten. De VPC houdt uiteraard de vinger aan de pols. (WP)
Toerisme
Toerisme is zo’n onderwerp, dat als het niet op de agenda staat, toch gewoon altijd doorgaat. De hele toerismebranche en vrijwel alle overheden staan ingeregeld op bevordering van toerisme (almaar meer groei) vanuit de veronderstelling dat het meer economie is. En meer economie is goed.
De praktijk is dat blinde groei van toerisme op tal van plekken op de wereld leidt tot overlast, eenzijdige ontwikkeling, vervuiling en andere narigheid. Als VPC zitten we als een bok op de haverkist om ervoor te zorgen dat toerisme zich zoveel mogelijk beperkt tot mensen die komen voor cultuur, natuur en fossielvrij genieten van al het moois in het gebied. We stimuleren overheden om ontmoediging van ‘verkeerd toerisme’ ter hand te nemen. (JvhH)
Zandpad Fietsstraat (Stichtse Vecht)
Een motie om het Zandpad te veranderen in een fietsstraat uit 2018 is eind 2022 eindelijk opgepakt door het nieuwe college van B&W. Een projectgroep en een klankbordgroep (met in de laatste ook de VPC), denkt mee over alternatieven, pilots en tussentijdse maatregelen.
Prioriteiten zijn in volgorde van belangrijkheid: veiligheid, leefbaarheid, bereikbaarheid en doorstroming. In het ontwerp is voorzien in een voetpad langs de Vecht waarmee het oude jaagpad voor een deel wordt teruggebracht (niet meer als zodanig bruikbaar door onder meer de vele bomen). Het is een hoopgevend proces met constructieve inbreng van bewoners en ambtenaren. In de loop van 2023 zullen de eerste verkeersremmende maatregelen ingaan en in het eind van het jaar een vijftal pilots waarbij stukken van het zandpad zullen worden versmald. (JvhH)