Kaalslag of onderhoud?

Dat is de vraag als je kijkt naar de manier waarop de gemeente Stichtse Vecht begin maart ‘achterstallig onderhoud’ aan het park van Boom en Bosch heeft laten uitvoeren: is dit nu onderhoud, of domweg kaalslag

In het park is bijna de hele groenblijvende randbeplanting (hulst, taxus, aucuba, laurier) verwijderd, door de heesters op enkele centimeters boven de grond af te zagen. Vrijwel alle bijna honderdjarige taxussen moesten het zelfs ontgelden. Als rechtvaardiging voert de gemeente aan dat het na jaren van uitblijvend onderhoud dringend nodig was om in te grijpen, omdat de groenblijvers te ver waren doorgeschoten, de paden waren overgroeid en de gazons in de schaduw kwamen te liggen. Om er ‘geruststellend’ aan toe te voegen, dat de stobben wel weer zouden uitlopen en het vanzelf goed zou komen – alsof dat laatste kap rechtvaardigt (en het duurt vele jaren)!

Een gevarieerde randbeplanting met heesters speelt in buitenplaatsparken een wezenlijke rol als schakel tussen de onderbegroeiing en de grote parkbomen en is essentieel voor het besloten karakter dat kenmerkend is voor deze monumentale parken. Dergelijke vaak eeuwen oude buitenplaatsparken vragen naar verhouding weinig onderhoud. Als zij terughoudend worden beheerd, kunnen zij heel lang hun kwaliteit behouden.

Bij toeval bezocht een erkende boomspecialist slechts een enkele week voor de ‘ingreep’ het park. Hij was positief verrast te zien hoe goed de vaak 6-8 m hoge heesterbeplanting was en hoe mooi de beschuttende werking van de randbeplanting werkte, ook in de winter.

Deze observatie staat haaks op die van de gemeente die, ondanks het gegeven dat de parkaanleg van Boom en Bosch – o.a. vanwege de ouderdom van houtopstand- de status van rijksmonument heeft, in gebreke is gebleven, door niet voorafgaande aan de ‘ingreep’ een renovatie- en beheerplan te maken, noch dat ter inzage te leggen – het ‘bewijsmateriaal’ is vernietigd.

Vaststaat dat de gemeente zonder de vereiste vergunning een essentieel onderdeel van de monumentale parkaanleg heeft verwijderd, met kaalslag tot gevolg: een besloten park werd een ‘doorkijk-bos’. Zeker, incidenteel zou gerichte vormsnoei op zijn plaats zijn geweest. Vormsnoei is echter onderhoud, maar bij de grond afzagen is op zijn best renovatie – en dat vereist een renovatieplan, dat ontbreekt, evenals de vergunning.

De ravage en de onherstelbare schade die is aangericht, heeft de VPC doen besluiten om handhaving te vragen, gekoppeld aan de plicht van herplant.