Randvoorwaarden energietransitie in de Vechtstreek

De Vechtplassencommissie onderschrijft het belang van verduurzaming van de energievoorziening maar vindt dat bij de besluitvorming voor het plaatsen van deze installaties de belangen van de kwaliteit van het Vechtlandschap, de natuur en het cultuurhistorisch erfgoed met zorg dienen te worden afgewogen. Na een korte beschrijving van de context waarin de energievragen zich voordoen komt de VPC tot een aantal randvoorwaarden voor een acceptabele toepassing van met name zonne-akkers en windturbines, met de nadruk op zonne-akkers, landschappelijke inpassing, dubbel grondgebruik, paar grote i.p.v. vele kleine zonne-akkers, het voorkomen van natuurschade en clustering, lees  verder de hele notitie van mei 2019:

Landschap, natuur en cultuur in een tijd van energietransitie

Nederland heeft zich gecommitteerd aan Europese en andere internationale afspraken om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Het gevolg is een zich stormachtig ontwikkelende transitie naar duurzame energiebronnen zoals wind- en zonne-energie. Dit leidt tot steeds meer in het landschap verschijnende technische installaties zoals windturbines en zonne-akkers.

De Vechtplassencommissie onderschrijft het belang van verduurzaming van de energievoorziening maar vindt ook dat bij de besluitvorming voor het plaatsen van deze installaties de belangen van de kwaliteit van het Vechtlandschap, de natuur en het cultuurhistorisch erfgoed met zorg moeten worden afgewogen. Na een korte beschrijving van de context waarin de energievragen zich voordoen komt de Vechtplassencommissie hierna tot een aantal randvoorwaarden voor een acceptabele toepassing van met name zonne-akkers en windturbines.

Context energietransitie

Er is sprake van een ongunstige klimaatverandering en zeespiegelstijging als gevolg van de actuele uitstoot van CO2 door de energiewinning uit fossiele brandstoffen zoals kolen, olie en gas. Vermindering van de CO2-uitstoot zal deze ontwikkeling vertragen. Nationaal en provinciaal ligt er daarom een opgave om de uitstoot van CO2 te verminderen en over te stappen op duurzame energiebronnen zoals zonnewarmte en wind. Deze energietransitie zal stap voor stap worden gerealiseerd. Zonnewarmte en windenergie zijn momenteel de meest kansrijke duurzame bronnen.

Het leeuwendeel van de energievraag komt van de bedrijven: 84%. Burgers verbruiken de overige 16% (gas, vervoer en electra). Zonder daarmee het belang van energiemaatregelen door burgers te willen bagatelliseren kan wel gesteld worden dat de maatregelen in deze sector relatief een geringere bijdrage leveren dan die in andere sectoren.

Windturbines op zee zullen op korte termijn -subsidieloos- een substantieel deel van de totale energievraag leveren. De tekenen wijzen erop dat het probleem dat elektriciteit nu niet kan worden opgeslagen over niet al te lange tijd opgelost zal zijn. Omzetting in waterstof lijkt een oplossing. Waterstof is gemakkelijk te produceren, goed op te slaan, kan gebruikt worden in de vervoersector (als soort LNG/ LPG), als vervanging van aardgastoepassingen, is goedkoop te transporteren en kan ook elders op de wereld met grote zonopbrengst volop worden geproduceerd (zoals in nagenoeg elke woestijn van Sahara tot Nevada).

Windturbines hebben als nadeel dat zij een cultuurhistorisch waardevol landschap ontsieren en dat zij, geplaatst in trek- of fourageerroutes van vogels, schadelijk zijn. Rond windturbines op zee ontstaan daarentegen weer gunstige biotopen voor vissen.

Zonnepanelen zullen eveneens een substantiële energiebron worden. De panelen op gebouwen maken al een grote vlucht en het is zaak dit productiemiddel maximaal toe te passen. Daarnaast worden op veel plaatsen zonne-akkers aangelegd. Op grond met een zeer geringe functionaliteit kan dit misschien maar het verdient de voorkeur om dubbel grondgebruik te stimuleren. Een extra aandachtpunt is dat er nog onvoldoende bekend over de lange termijn gevolgen van grote hoeveelheden zonne-panelen op de bodemkwaliteit en over de eventuele maatregelen om schadelijke effecten te compenseren.

Naast grootschalige energieproductie uit zon- en wind is er ook op lokaal niveau enige ruimte voor energie-opwekking. Om technisch-economische redenen (transportverliezen, beperkte lokale netwerkcapaciteit) is het gewenst dat kleinschalige bronnen nabij de afnemer of een hoogspanningsstation staan.

Voorwaarde voor een succesvolle transitie is dat, parallel aan verduurzaming van de energieproductie, maatregelen worden genomen om de energievraag (bijv. isolatie van gebouwen en vervoer) aanzienlijk te reduceren.

Randvoorwaarden energietransitie in de Vechtstreek

De Vechtplassencommissie ondersteunt vanzelfsprekend maatregelen ter verduurzaming van energieverbruik, ook op gemeentelijk niveau. Rekening houden met de context waarin deze plaatsvindt en de kwaliteiten van de Vechtstreek vraagt de Vechtplassencommissie aandacht voor de volgende randvoorwaarden:

 

  • Voorzieningen voor de opwekking van zonne-energie zijn op termijn het meest doeltreffend en efficiënt en het minst nadelig voor landschap, natuur en cultuurhistorisch erfgoed. Zij verdienen daarom de voorkeur boven die voor windenergie. Dat betekent dat er pas plaats is voor windturbines als de productie m.b.v. zonne-energie onvoldoende dreigt te zijn om aan de verduurzamingsopgave te voldoen.
  • Aandacht is vereist voor een zorgvuldige landschappelijke inpassing van zonne-akkers, bijv. door singels met streekeigen struweel of bomen.
  • Gezien de schaarse beschikbaarheid van grond heeft voor zonne-akkers dubbel grondgebruik (gebouwen, parkeerterreinen, etc.) de voorkeur. In geval van enkelvoudig grondgebruik, in principe uitsluitend op percelen met een geringe functionaliteit en kwaliteit, kunnen compenserende maatregelen genomen worden (bijv. schaduwminnende gewassen, bijenkasten, groenstroken).
  • Ter voorkoming van versnippering en verrommeling van het landschap hebben grotere zonne-akkers de voorkeur boven meerdere kleinere zonne-akkers.
  • Aandacht is vereist voor het voorkomen van natuurschade door windturbines niet te plaatsen in trek- en fourageer routes van vogels en vleermuizen.
  • Clustering en aansluiten bij reeds bestaande windturbines heeft de voorkeur boven lijnstructuren op nieuwe locaties in het open Vechtlandschap.